Werkgever aansprakelijk voor val werknemer over een eigen deurmat?

Een werknemer wordt begin mei 2006 tijdens zijn werk als heftruckchauffeur aangereden op de werkvloer. Hij heeft bij dit arbeidsongeval vier gebroken tenen opgelopen en loopt daardoor moeilijk. De aansprakelijkheid van de werkgever voor dit ongeval staat vast.

Nadat de werknemer eind juni 2006 voor het eerst weer op de heftruck had gewerkt, is hij thuis gestruikeld over een deurmat. Het resultaat daarvan was ernstig knieletsel.

De werknemer vindt dat de werkgever ook voor de gevolgen van het knieletsel aansprakelijk is omdat volgens hem het knieletsel het gevolg is van het voetletsel. Hij liep tenslotte nog steeds moeilijk door het teenletsel. De pijn en de last aan zijn tenen waren aan het einde van die eerste werkdag verergerd en daardoor was hij gevallen.

De werkgever stelde zich op zijn beurt juist op het standpunt dat hij voor het knieletsel (als gevolg van de val over de mat) en de gevolgen daarvan niet aansprakelijk gehouden kon worden omdat de val thuis gebeurde over de eigen deurmat. Een link met het voetletsel zag de werkgever niet, dus hij vond dat de schade rondom de knie voor eigen rekening van de werknemer moest komen. Een procedure volgt.

Het Hof geeft de werkgever gelijk. Zij vond dat er weliswaar verband bestond tussen de val over de deurmat en het bedrijfsongeluk met het teenletsel, maar meende toch dat het tweede ongeval té ver af stond van het letsel dat ontstaan was op de werkvloer. Het knieletsel vloeide ook niet voort uit “een (noodzaak tot) behandeling van dat het teenletsel”. Want het Hof zag ook niet in dat het knieletsel van de struikeling over de deurmat veroorzaakt was door de krukken waarvan de werknemer zich moest bedienen als gevolg van het arbeidsongeval. En ten slotte oordeelde het Hof dat de huiselijke valpartij naar ervaringsregels niet als “voorzienbaar gevolg” van het arbeidsongeval was te beschouwen. Anders gezegd: de val over de deurmat was gewoon ‘pech’ en lag niet in de lijn der verwachting.

De Hoge Raad was het echter niet eens met deze redenering van het Hof. De Hoge Raad meent dat alleen al uit de vaststelling dat er nog steeds sprake was van letsel aan de voet, waarvan de klachten na de eerste werkdag bovendien weer waren verergerd, en er dus sprake was van iemand die gehinderd werd bij het lopen, al volgt dat niet geoordeeld kan worden dat er een te ver verwijderd verband is tussen het voetletsel en het knieletsel als gevolg van de val over de deurmat.

Kortom: het arbeidsongeval en het teenletsel ‘kregen een staartje’…..met knieletsel tot gevolg. Ook daarvoor zal de werkgever moeten schadevergoeding moeten betalen.