Gevolgen coronacrisis: ook bodemrechter verdeelt gevolgen coronacrisis tussen huurder en verhuurder!

Een opvallende en bijzondere uitspraak over huurvermindering tijdens de lockdown! In een bodemprocedure heeft de rechtbank in Den Haag geoordeeld dat het financiële nadeel van huurder als gevolg van de coronacrisis, verdeeld moet worden tussen verhuurder en huurder.

Op 21 januari 2021 heeft de kantonrechter in Den Haag deze uitspraak gedaan over huurvermindering tijdens de lockdown. Er waren al wel eerdere uitspraken waarbij huurders – horeca en winkeliers – huurkortingen kregen, maar dat waren steeds uitspraken in een kort geding. De uitspraak van 21 januari jl. is een uitspraak gedaan in een bodemprocedure en is daarom van groot belang.

De kantonrechter oordeelde dat de coronacrisis, gelet op haar omvang en de gevolgen voor de economie en de maatschappij, als een onvoorziene omstandigheid moet worden beschouwd.

De coronacrisis en haar gevolgen hebben geleid tot een fundamentele verstoring van het evenwicht in de huurovereenkomst en om die reden, aldus de kantonrechter, is ongewijzigde instandhouding van de huurovereenkomst onaanvaardbaar. Op de vraag hoe de balans hersteld kan worden, komt de kantonrechter met de volgende oplossing: omdat geen van beide partijen een verwijt kan worden gemaakt aan het ontstaan van de coronacrisis, ligt het voor de hand om het financiële nadeel dat daarvan het gevolg is te verdelen.

Dit oordeel van de kantonrechter betekent dat deze huurder, die een café exploiteert, recht heeft op 50% huurkorting tijdens de lockdown.

Uiteraard diende de huurder zijn schade wel aan te tonen. Huurder kon laten zien dat zijn omzetdaling zeer fors was en dat de steunmaatregelen van de overheid weinig effect hadden gehad.

Deze uitspraak is van groot belang en versterkt de positie van horecaondernemers in het overleg met hun verhuurders!

Alhoewel er ook veel verhuurders zijn die in goed overleg de pijn van de gedwongen lockdown met hun huurders delen, zijn er ook verhuurders die hun huurders onverkort aan hun verplichtingen uit de huurovereenkomst houden. Zij staan op volledige betaling van de huur tijdens de lockdown en beroepen zich er op dat zij het gehuurde ter beschikking stellen en dat er dus volledig betaald moet worden. Dat standpunt van verhuurders werd diverse keren in  uitspraken in een kort geding al van tafel geveegd en ook de rechter in deze bodemzaak volgt nu die ingezette lijn.

Deze uitspraak kan grote gevolgen hebben voor horeca ondernemers in andere delen van het land. Wij verwachten dat ook winkeliers gedurende de periode van gedwongen sluiting, met deze uitspraak hun voordeel kunnen doen.

Wil jij naar aanleiding van deze uitspraak sparren over jouw mogelijkheden? Neem contact op met één van onze huurrecht specialisten!

Lees hier ons eerder gepubliceerde blog waarin wij ons standpunt deelden en tot hetzelfde advies kwamen als hetgeen we nu teruglezen in deze uitspraak.