Is jouw bedrijf sociaal zeker?

Het sociaal zekerheidsrecht: niet het meest sexy onderwerp binnen de advocatuur, maar wel één van de belangrijkste onderwerpen voor ondernemers met personeel.

Onze collega Roswitha, specialist op dit gebied, houdt zich dagelijks bezig met ondernemersvraagstukken over werkloosheids- en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen. Ze vertelt waarom het regelen van sociaal zekerheid zo belangrijk is en waar jij als ondernemer scherp op moet zijn.

Wat houdt het sociaal zekerheidsrecht in?

Het sociaal zekerheidsrecht is een ruim begrip. Het omvat uitkeringen en voorzieningen voor natuurlijke personen die tijdelijk of blijvend, bijvoorbeeld door arbeidsongeschiktheid, ziekte of werkloosheid, niet in staat zijn om zelf in voldoende mate te voorzien in inkomen en/of verzorging.

Mist een ondernemer iets als hij hier niets vanaf weet?

Dan mis je écht iets, want een ondernemer met personeel zal naar verwachting zeker een keer te maken krijgen met de problematiek rond werknemersverzekeringen. Door vooraf alles goed te regelen, zorg je ervoor dat je zo min mogelijk voor verrassingen komt te staan. Een werknemer zal bijvoorbeeld bij een beëindiging van het dienstverband op initiatief van werkgever, zekerheid willen over zijn aanspraak op een WW-uitkering.

Verder kan een werknemer (langdurig) ziek worden. Om te beginnen is het dan van belang om te checken of de werknemer wellicht in aanmerking komt voor een ZW-vangnetuitkering. Sowieso is het verstandig om dit uit te zoeken, ook al is de werknemer nog niet ziek. Je mag daar navraag naar doen bij de werknemer nadat die twee maanden in dienst is. Zet dit bij de aanvang van het dienstverband direct in de agenda.

Mogelijk kan een werkgever ook aanspraak maken op subsidies als hij mensen met een arbeidsbeperking in dienst neemt. Verder is het van belang om te weten welke verplichtingen werkgever heeft in geval van ziekte en welke risico’s je loopt als niet aan die verplichtingen voldoet. Als een arbeidsongeschiktheidsuitkering wordt toegekend aan een werknemer, kan dit ook financiële gevolgen hebben voor de ondernemer in de vorm van het als eigenrisicodrager moeten betalen van de uitkering dan wel een verhoging van de gedifferentieerde premies voor de Werkhervattingskas.

Wat zijn de meest gestelde vragen?

De meeste vragen die bij mij binnenkomen, gaan over arbeidsongeschiktheid. Het kan dan bijvoorbeeld gaan over loonsancties die worden opgelegd door het UWV als het UWV van mening is dat werkgever onvoldoende aan re-integratie heeft gedaan. Ook over de financiële gevolgen van een toegekende arbeidsongeschiktheidsuitkering hebben ondernemers vaak vragen. Daarnaast hebben ondernemers vragen over de formalisering van aangepast werk na einde wachttijd.

Vanwege het grote tekort aan verzekeringsartsen bij het UWV zijn er op dit moment veel vertragingen in de afwikkeling van uitkeringsaanvragen. Dit leidt ook tot vragen, bijvoorbeeld als het UWV bij einde wachttijd nog geen beslissing heeft genomen over de toekenning van een WIA-uitkering. Soms worden uitkeringen door het UWV toegekend, zonder dat daar een gedegen verzekeringsgeneeskundig en arbeidsdeskundig advies aan ten grondslag ligt. Of ontvangt de werkgever opeens een bericht van het UWV dat er aan een ex-werknemer een ZW-uitkering is toegekend met terugwerkende kracht, terwijl die ex-werknemer soms al maandenlang uit beeld is.

Welke verandering moet iedere ondernemer weten?

De afgelopen twee jaar is er veel veranderd en ook de komende jaren staan er veranderingen op de planning. Ik zal er drie noemen:

  • Onder de WAB is er vanaf 2020 behoorlijk wat veranderd. Zo is de compensatie transitievergoeding in het leven geroepen. Weliswaar betreft dit niet zozeer sociaal zekerheidsrecht, maar de regeling wordt wel uitgevoerd door een overheidsorgaan, dus procedures hierover worden gevoerd volgens het bestuursprocesrecht (bezwaar- en beroepsprocedures).
  • Voor kleine werkgevers zal vanaf 2022 een lagere premie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds gelden om hen financieel tegemoet te komen in de kosten van loondoorbetaling en re-integratie van zieke werknemers.
  • Verder is er in oktober 2020 een wetsvoorstel ingediend, inhoudend dat vanaf september 2021 het advies van de bedrijfsarts leidend wordt als het om de mogelijkheden voor re-integratie van een zieke werknemer gaat. Werkgevers worden dan niet meer geconfronteerd met een loonsanctie als de verzekeringsarts van het UWV een heel andere mening heeft over de beperkingen van de werknemer dan de bedrijfsarts. Vanwege de demissionaire status van het kabinet is dat wetsvoorstel helaas controversieel verklaard en wordt het doorgeschoven naar een nieuw kabinet. Of en wanneer dit in werking zal treden, is dus vooralsnog niet zeker.

Waar moet je als werkgever scherp op zijn?

Als werkgever moet je scherp zijn op de verplichtingen die gelden bij (langdurige) arbeidsongeschiktheid van de werknemer. Voldoe je daar niet aan, dan ligt een loonsanctie bij einde wachttijd (na 2 jaar ziekte) op de loer. Hetzelfde geldt voor de werkgever die eigenrisicodrager is voor de ZW. Krijgt een werknemer een arbeidsongeschiktheidsuitkering van het UWV, dan kan dat financiële gevolgen hebben voor de werkgever. Het is dan van belang om te kijken of de beslissing op een juiste manier tot stand is gekomen en of de juiste uitkering is toegekend.

Daarnaast is het bij een bedrijfsovername belangrijk om onderzoek te doen naar lopende ziektegevallen binnen het over te nemen bedrijf en de in het verleden aan(ex-) werknemers van het over te nemen bedrijf toegekende ZW- en WIA-uitkeringen. Dit is belangrijk om te weten, omdat je daar als overnemend bedrijf nog financiële gevolgen van kunt ondervinden. Die gevolgen zijn mede afhankelijk van de vraag hoe vervreemder en verkrijger van de onderneming dit geregeld hebben, of zij eigenrisicodrager zijn of tot het publieke bestel horen. Ook is van belang of sprake is van een overname van een volledig bedrijf of van een deel van een bedrijf.

Wat is de toekomst van het sociaal zekerheidsrecht?

Ontwikkelingen in de samenleving zoals technologische veranderingen, digitalisering, flexibilisering van arbeid en verhoging van de AOW-gerechtigde leeftijd, oefenen druk uit op het sociaalzekerheidsstelsel zoals we dat kennen. De toeslagenaffaire laat zien dat de overheid de menselijke maat in het oog moet houden. En natuurlijk heeft de COVID-19 pandemie ook grote gevolgen.

Wat we de afgelopen jaren hebben gezien, is dat de verhoging van de AOW-leeftijd een substantiële stijging tot gevolg heeft voor de instroom in arbeidsongeschiktheidsuitkeringen. Destijds gold dit ook al bij de afschaffing van het vroegpensioen in 2006. Overigens geldt op dit moment een tijdelijke versoepeling van de regels rond vervroegd pensioen, waarbij het voor werkgevers mogelijk is om met oudere werknemers (in de laatste 3 jaar vóór de AOW-leeftijd) afspraken te maken over eerder stoppen met werken. Dit is een tijdelijke regeling die in januari 2021 is ingevoerd.

Op dit moment zijn diverse onderzoeken gaande naar de toekomst van ons sociaal zekerheidsstelsel. We moeten afwachten waar dit toe leidt, maar naar verwachting zal het sociaal zekerheidsrecht in de komende jaren steeds in beweging blijven.

Welke gouden tip zou je ondernemers willen meegeven?

Vraag tijdig advies als je te maken krijgt met situaties die spelen op het terrein van het sociaal zekerheidsrecht en je als ondernemer vragen hebt over wat dit voor je bedrijf betekent. En bij beslissingen van het UWV zijn de bezwaar- en beroepstermijnen altijd kort, dus houd daar rekening mee!

Ook een vraag voor Roswitha?

Heb jij een vraag over het sociaal zekerheidsrecht of wil je met Roswitha eens sparren over jouw huidige situatie? Neem gerust contact op, wij denken graag met je mee!